Categorieën Verslag VO

Hoogste tijd voor houdbare ABP pensioenregeling

Vandaag heeft het ABP bestuur de premie voor 2016 bekendgemaakt en naar buiten gebracht dat vanaf 1 april 2016 volgend jaar mogelijk weer een herstelpremie zal worden geheven. Het verantwoordingsorgaan van ABP heeft in meerderheid een positief advies gegeven bij dit premiebesluit. LvOP heeft zich via een minderheidsstandpunt onthouden van advies.

Toch weer een herstelpremie

Huh? Toch weer een herstelpremie? Wie de berichtgeving rond pensioenen en het loonakkoord heeft gevolgd, heeft kunnen zien dat de sociale partners juist met elkaar hadden afgesproken dat de herstelpremie – extra premie heffen als het slecht gaat met het fonds – zou worden afgeschaft. Het bestuur gaat nu rechtstreeks in tegen deze afspraken van sociale partners. Dat komt zelden voor. Hoe is het ABP bestuur tot deze opvallende stap gekomen? En wat vinden wij als LvOP er van?

ABP vaart al geruime tijd scherp aan de wind

Sociale partners maken samen afspraken over hoeveel pensioen aan mensen zal worden beloofd. In de praktijk spreken ze ook af hoe hoog de premie daarbij moet zijn, al is dat formeel de verantwoordelijkheid van het bestuur. Al heel lang kiezen sociale partners bij het ABP voor de laagst mogelijke premie die door DNB wordt toegestaan. Scherp aan de wind varen, noemen pensioenexperts dat. Dat betekent natuurlijk wel een risico. Je hebt dan hoge beleggingsresultaten nodig om toch de beloofde pensioenen te kunnen betalen. Nu belegt het ABP echt niet slecht. Maar het is niet goed genoeg om vele decennia waarin een te lage premie is geheven te kunnen compenseren. Lees ook deze verhelderende column van Ilja Boelaars op RTLZ over het belangrijke verschil tussen rendement en overrendement. De kans op een volledig geïndexeerd pensioen is dan ook heel klein, en de kans op kortingen de komende jaren is aanzienlijk.

Loonakkoord toch geen gek idee

In het loonakkoord hebben de sociale partners afgesproken om de pensioenen te verlagen en de lonen te verhogen. Dat vinden we als LvOP op zich geen gek idee. Werkenden zijn een groot deel van hun loon nu kwijt aan pensioenpremie, terwijl zij dit misschien liever nu zouden willen gebruiken voor de aflossing van de hypotheek op hun huis, of voor de kinderopvang. En zolang er binnen het ABP sprake is van perverse herverdeling via de doorsneesystematiek, betalen wij liever minder dan meer pensioenpremie. Liever een euro in de hand, dan in de herverdelende ABP pensioenmand.

ABP pensioenregeling moet op de schop

Maar het loonakkoord betekent ook dat de kans op korten van de pensioenuitkeringen nog groter wordt en het pensioen op termijn lager. Het ABP keert sinds kort al meer pensioen uit , dan het aan premie binnenkrijgt, waardoor het fonds per saldo in omvang slinkt. Als gevolg neemt het herstelvermogen af, voor wanneer er op de beurs weer eens een crash plaatsvindt. En daarbovenop is de dekkingsgraad sinds de zomer nog verder verslechterd. ABP voer al scherp aan de wind, met de lagere premies als gevolg van het loonakkoord en nieuwe tegenwind komt kapseizen in beeld. Voor ons is het dus begrijpelijk dat het ABP bestuur in een spagaat zit bij uitvoering van de afspraken uit het loonakkoord. Maar is het opnieuw introduceren van een herstelpremie de oplossing?

Wij zien de herstelpremie als een veel te kleine pleister op een veel te grote pensioenwond. Het is een ineffectief lapmiddel. Dat laten de berekeningen van ABP ook duidelijk zien. Alleen een rigoureuze oplossing kan daadwerkelijk verandering brengen. Een andere pensioenregeling in een hervormd stelsel, zonder perverse herverdeling, waarin iedereen nog steeds pensioen opbouwt, maar wel ruimte heeft om zelf keuzes te maken hoeveel pensioenpremie zij willen inleggen en hoe hoog zij hun pensioen willen hebben. Hoe dat er precies uit moet zien? Daarover in een volgend blog meer!

 

PS. vorig jaar stemde de LvOP-fractie tegen de “premie-en indexatienota” (waar dit beleid in wordt vastgelegd). Toen was ons belangrijkste argument: het ABP maakt onvoldoende inzichtelijk welke effecten op de verschillende groepen (jonge en oude deelnemers, gepensioneerden) hun beleid heeft. Dat vonden wij onverantwoord. Maar het ABP-bestuur heeft onze wens ter harte genomen. Het hele jaar heeft het bestuur gewerkt aan een solide onderbouwing. Mooi om te zien dat je ook als kleine fractie invloed kunt hebben op het beleid van het ABP – en grote waardering op welke wijze het bestuur met onze (toch niet heel eenvoudige) wens aan de slag is gegaan!